Gebruik het woordenboek voor Scrabble en Wordfeud
V 10-woorden met V (2542)
Door op het woord te klikken, kun je zien welke andere woorden uit deze letters kunnen worden gemaakt
vaakluizen (23)vaalachtig (25)vaalblauwe (26)vaalbonter (19)vaalbontst (20)vaalbruine (21)vaalgroene (18)vaandeltje (20)vaangordel (19)vaarbewijs (24)vaardiepte (18)vaardigden (18)vaardigere (18)vaardigste (19)vaargebied (19)vaargeulen (21)vaarregels (20)vaarrouten (19)vaarroutes (20)vaartuigen (20)vaarverbod (21)vaarwaters (21)vaasvormig (22)vaatbundel (22)vaatdoeken (17)vaatrijker (21)vaatrijkst (22)vaatwasser (21)vaccinatie (22)vaccineert (23)vaccineren (22)vacuümlamp (27)vacuümpomp (27)vademecums (26)vaderimago (19)vaderlands (19)vaderlijke (22)vadermoord (19)vaderonzen (18)vaderschap (25)vaderskant (19)vadertrots (19)vaderzegen (20)vadsigaard (19)vadsigheid (21)vagebonden (18)vakbekwaam (25)vakbekwame (25)vakbeurzen (24)vakcongres (23)vakdiploma (22)vakerigere (19)vakerigste (20)vakexamens (25)vakgenoten (18)vakgericht (26)vakgroepen (20)vakhandels (22)vakkleding (22)vakkringen (20)vakkundige (23)vakleraars (20)vakleraren (19)vakscholen (25)vaksgewijs (26)vakstudies (22)vakstudiën (21)vakteksten (20)vakverbond (22)vakwoorden (21)valappelen (21)valblokken (23)valbruggen (25)valerianen (16)valflouwen (27)valgordijn (22)valhoogten (21)valhoogtes (22)valideerde (18)validiteit (18)valkachtig (27)valkenblik (23)valkenburg (25)valkenhuis (24)valkeniers (19)valkenisse (19)valkennest (19)valkenogen (19)valkerijen (21)valkleppen (23)valleitjes (22)vallichten (25)valmachine (24)valoriseer (18)valpoorten (19)valseriken (19)valshartig (23)valsmunter (23)valsteiger (20)valuteerde (21)valutering (22)vampirisme (21)vandalisme (19)vandehands (19)vaneenreet (15)vaneenrijt (18)vaneenrukt (20)vaneentrek (17)vaneentrok (17)vaneenvalt (19)vaneenviel (18)vangballen (21)vangbanden (18)vangdraden (18)vangertjes (21)vangijzers (23)vanglijnen (20)vangnetten (17)vangtouwen (23)vangverbod (22)vangzeilen (20)vanochtend (22)vapeurtjes (24)varensgast (19)varensvolk (22)variabelen (18)variabeler (19)variabelst (20)varieerden (16)variërende (16)varkenshok (22)varkenskop (21)varkenskot (20)varkenslap (21)varkensoog (19)varkensrib (20)varkensvet (21)varkentjes (21)vasectomie (21)vastbakken (21)vastbakten (20)vastbijten (21)vastbinden (18)vastbleven (22)vastblijft (26)vastdraait (18)vastdrukte (23)vastentijd (20)vastgelegd (22)vastgepakt (22)vastgespen (20)vastgespte (21)vastgrepen (20)vastgrijpt (24)vastgroeit (19)vasthouden (22)vastigheid (21)vastkitten (19)vastklampt (24)vastklemde (22)vastkleven (22)vastknoopt (20)vastknopen (19)vastkoeken (19)vastlegden (20)vastleggen (21)vastliepen (19)vastliggen (21)vastlijmen (22)vastmaakte (20)vastmeerde (19)vastnaaide (16)vastnaaien (15)vastnagelt (20)vastnieten (16)vastpakken (21)vastpakten (20)vastpinnen (17)vastplakte (22)vastpraten (19)vastprikte (21)vastrijden (20)vastsjorde (21)vastspeldt (22)vaststaand (18)vaststelde (20)vastvriest (21)vastvroren (20)vastvrozen (22)vastwerken (22)vastwerkte (23)vastzetten (20)vastzitten (20)vatbaarder (19)vatenkwast (22)vaudeville (24)vazalstaat (21)vechtgraag (26)vechtgrage (26)vechthanen (24)vechtpetje (27)vechtwagen (27)vederlicht (25)veefokkers (22)veegmessen (19)veehoeders (19)veehouders (22)veekeuring (21)veelarmige (20)veeleisend (17)veelerveen (19)veelhoeken (20)veelhoekig (22)veelhoevig (23)veeljarige (21)veelknopig (21)veelkoppig (23)veelledige (20)veelprater (20)veelsnarig (19)veeltalige (20)veeltermen (19)veelvoeten (19)veelvormig (23)veelvouden (22)veelvoudig (24)veelvraten (20)veelvuldig (26)veelwetend (21)veelweters (22)veelzijdig (24)veemarkten (19)veenachtig (23)veenbessen (17)veenboeren (16)veendampen (18)veenendaal (16)veengraver (20)veenmollen (19)veenputten (20)veenwerker (21)veerdienst (17)veergelden (19)veerhuizen (23)veerknecht (24)veerkracht (25)veerlieden (17)veerponten (17)veerschuit (26)veersloten (18)veertiende (16)veertigers (19)veertigste (19)veertigtal (20)veestallen (19)veevervoer (21)veevoeders (19)veeweiders (20)veeziekten (19)veeziektes (20)vegetariër (18)vegetatief (20)vegetaties (18)vegeteerde (18)vehikeltje (24)veiligheid (21)veilinghal (22)veinzaards (19)veldarbeid (20)veldbedden (20)veldbedjes (23)veldboeket (21)velddienst (19)veldkeuken (23)veldkijker (24)veldlijnen (21)veldmuizen (24)veldmutsen (23)veldoorlog (21)veldsalade (20)veldslagen (21)veldsleden (20)veldsleeën (19)veldtekens (20)veldtenten (18)veldtenues (21)veldvrucht (31)veldwerker (24)velerhande (20)velgremmen (22)velodrooms (20)velouteert (21)velouteren (20)velvorming (23)vendeltjes (21)venerische (22)veneroloog (18)venezolaan (18)venijniger (19)venijnigst (20)venkelolie (19)venkelthee (21)venkelzaad (21)venstertje (20)ventilatie (17)ventilator (18)ventileert (18)ventileren (17)ventjagers (21)veraccijns (26)verachterd (24)verachters (24)verachtert (24)verachting (24)verachtten (23)verademden (18)verademing (19)verafgoden (20)verafgoodt (21)verafschuw (32)veranderde (17)veranderen (16)verankerde (18)verankeren (17)verarmoede (18)verbaasden (18)verbaasder (19)verbabbeld (23)verbabbelt (23)verbalisme (21)verbanning (18)verbasterd (20)verbastert (20)verbazende (20)verbeeldde (20)verbeelden (19)verbeenden (17)verbeesten (18)verbeestte (19)verbeidden (18)verbeiders (19)verbeiding (19)verbetener (18)verbetenst (19)verbeterde (19)verbeteren (18)verbeurden (21)verbeuzeld (25)verbeuzelt (25)verbijster (22)verbindend (18)verbinding (19)verbitterd (20)verbittert (20)verbleekte (21)verblijdde (23)verblijden (22)verblijder (23)verblijdst (24)verblijven (24)verblikken (22)verblikten (21)verblindde (20)verblinden (19)verblinder (20)verbloedde (20)verbloeden (19)verbloemde (21)verbloemen (20)verbloosde (20)verbluffen (27)verbluften (25)verblufter (26)verbodemde (20)verbodemen (19)verboemeld (21)verboemelt (21)verboerden (18)verboersen (18)verboerste (19)verboetten (18)verbondene (17)verbouwden (24)verbouwing (25)verbrandde (19)verbranden (18)verbrassen (19)verbrasten (19)verbreding (20)verbreedde (19)verbreidde (19)verbreiden (18)verbreking (21)verbrijzel (25)verbroddel (21)verbrodden (19)verbroeder (19)verbroeide (18)verbroeien (17)verbrokkel (23)verbruiden (21)verbruider (22)verbruidst (23)verbruiken (22)verbruiker (23)verbruikte (23)verbuiging (23)verchromen (24)verchroomd (25)verchroomt (25)vercijferd (26)vercijfert (26)verdaagden (18)verdachten (23)verdachter (24)verdachtst (25)verdamping (21)verdampten (20)verdapperd (21)verdappert (21)verdedigde (19)verdedigen (18)verdediger (19)verdeelden (18)verdeelnet (18)verdelgden (20)verdelging (21)verdenking (19)verdergaan (18)verdervers (21)verderving (21)verdichten (23)verdichtte (24)verdienden (16)verdienste (17)verdieping (19)verdiepten (18)verdierven (19)verdietsen (17)verdietste (18)verdikkeme (21)verdikking (21)verdobbeld (22)verdobbelt (22)verdoeking (19)verdoekten (18)verdoemden (18)verdoemder (19)verdoemdst (20)verdoeming (19)verdoezeld (21)verdoezelt (21)verdoffing (23)verdokterd (20)verdoktert (20)verdomhoek (22)verdonkerd (19)verdonkert (19)verdoofden (19)verdoolden (18)verdoopten (18)verdordere (18)verdordste (19)verdorring (19)verdovende (19)verdraaide (17)verdraaien (16)verdragend (19)verdrevene (19)verdrieten (17)verdrietig (19)verdrijven (22)verdringen (18)verdrinken (18)verdroegen (18)verdroging (20)verdrongen (18)verdronken (18)verdroogde (19)verdroomde (19)verdrukken (23)verdrukker (24)verdrukten (22)verdubbeld (25)verdubbelt (25)verduister (21)verduitsen (20)verduitste (21)verduiveld (24)verduldige (23)verdunning (20)verduurden (23)verduvelde (24)verdwaalde (22)verdwaasde (21)verdwazing (24)verdwijnen (22)veredelden (18)veredeling (19)vereelting (19)vereeltten (18)vereenzaam (19)vereerders (18)vereerster (18)vereeuwigd (24)vereeuwigt (24)vereffende (21)vereffenen (20)verengelst (20)verenigden (17)vereniging (18)verenkelde (19)verenkelen (18)verenkleed (19)verergerde (19)verergeren (18)vereringen (17)veresterde (18)veresteren (17)veretterde (18)veretteren (17)verevenden (18)verevening (19)verfhandel (23)verfijnden (21)verfijnder (22)verfijning (22)verfilmden (22)verfilming (23)verfkuipen (24)verflauwde (27)verflauwen (26)verflensen (20)verflenste (21)verfmolens (22)verfoeiden (18)verfoeisel (20)verfoelied (20)verfoeliën (19)verfomfaai (22)verfommeld (24)verfommelt (24)verfpoeder (21)verfpoeier (20)verfpotten (21)verfraaide (19)verfraaien (18)verfransen (19)verfranste (20)verfresten (20)verfrissen (20)verfristen (20)verfroller (23)verfrommel (24)verfronsel (21)verfuifden (24)verfwinkel (25)vergaapten (19)vergaarbak (21)vergaarden (18)vergaderde (19)vergaderen (18)vergarsten (19)vergarstte (20)vergassers (20)vergassing (20)vergastten (19)vergelders (21)vergelding (21)vergeleken (20)vergelijke (23)vergelijkt (24)vergenoegd (19)vergenoegt (19)vergewiste (22)vergezelde (22)vergezicht (27)vergiftigd (23)vergiftige (22)vergiftigt (23)vergissing (20)vergisting (20)verglaasde (20)verglazing (23)verglijden (22)verglimmen (22)verglommen (22)vergoedden (18)vergoeding (19)vergoelijk (23)vergoodden (18)vergooiden (17)vergramden (20)vergramder (21)vergramdst (22)vergrammen (21)vergrendel (20)vergrijpen (22)vergrijsde (22)vergrijzen (23)vergroeide (18)vergroeien (17)vergroeven (20)vergroofde (21)vergrootte (19)vergrotend (19)vergroting (20)vergruisde (22)vergruizel (25)vergruizen (23)verguisden (21)verguizing (24)verguldden (23)vergulders (24)verguldmes (25)verguldsel (25)vergunning (21)verhaalden (20)verhaaltje (23)verhaarden (19)verhaasten (19)verhaastte (20)verhagelde (22)verhagelen (21)verhakkeld (24)verhakkelt (24)verhakking (23)verhakstuk (26)verhandeld (21)verhandelt (21)verhanging (21)verhanseld (21)verhanselt (21)verhapstuk (26)verhardden (20)verharding (21)verhaspeld (23)verhaspelt (23)verheelden (20)verheffend (24)verheffing (25)verheidend (19)verhelderd (22)verheldert (22)verhemelte (22)verheugden (23)verheugder (24)verheugdst (25)verheugend (23)verheuging (24)verhevener (21)verhevenst (22)verhevigde (23)verhevigen (22)verhielden (20)verhielpen (21)verhinderd (20)verhindert (20)verhitheid (22)verhitting (21)verhoedden (19)verhoerden (19)verhogende (20)verhongerd (21)verhongert (21)verhoogden (20)verhoogder (21)verhoogdst (22)verhoogsel (22)verhoopten (20)verhoorden (19)verhoorder (20)verhouding (23)verhouting (23)verhoutten (22)verhuisdag (24)verhuisden (22)verhuizers (25)verhuizing (25)verhullend (25)verhulling (26)verhuurden (25)verhuurder (26)verifieert (19)verifiëren (18)verijdelde (21)verijdelen (20)verindisch (23)verinlands (18)verinnigde (17)verinnigen (16)verintrest (18)verjaagden (20)verjaardag (21)verjaarden (19)verjeugdig (25)verjongden (20)verjonging (21)verkalking (22)verkalkten (21)verkankerd (20)verkankert (20)verkapping (22)verkavelde (22)verkavelen (21)verkeerden (18)verkeerder (19)verkeerdst (20)verkenbaar (19)verkenbare (19)verkenmerk (21)verkennend (17)verkenners (18)verkenning (18)verkerende (18)verketterd (20)verkettert (20)verkeurden (21)verkielden (19)verkiezing (21)verkikkerd (22)verkilling (22)verkindsen (18)verkindste (19)verklaarde (20)verkladden (20)verklanken (20)verklankte (21)verklappen (22)verklapper (23)verklapten (21)verklarend (20)verklaring (21)verkleding (21)verkleedde (20)verkleefde (22)verkleinde (19)verkleinen (18)verkleumde (24)verkleumen (23)verkleurde (23)verkleuren (22)verkleving (23)verklikken (22)verklikker (23)verklikten (21)verkloeken (20)verkloekte (21)verklungel (25)verknallen (20)verknechte (24)verkneukel (23)verkneuter (21)verkniesde (18)verkniezen (19)verknijpen (21)verknippen (20)verknipten (19)verknochte (24)verknoeide (17)verknoeien (16)verknolden (19)verknollen (20)verknoopte (19)verknutsel (23)verkochten (24)verkoelden (19)verkoelend (19)verkoeling (20)verkommerd (22)verkommert (22)verkondden (18)verkondigd (20)verkondigt (20)verkonding (19)verkonkeld (21)verkonkelt (21)verkookten (19)verkoolden (19)verkoopdag (21)verkopende (19)verkoperde (20)verkoperen (19)verkorsten (19)verkorting (20)verkortten (19)verkrachte (25)verkrampen (21)verkrampte (22)verkrappen (21)verkreukel (24)verkreuken (22)verkreukte (23)verkrijgen (22)verkrimpen (21)verkromden (20)verkrommen (21)verkrompen (21)verkroppen (21)verkropten (20)verkruiden (21)verkruimel (24)verkuilden (22)verkwansel (23)verkwijnde (24)verkwijnen (23)verkwikken (24)verkwikten (23)verkwisten (22)verkwister (23)verkwistte (23)verlaadden (18)verlaagden (19)verlaatten (18)verlagende (19)verlakkers (22)verlakwerk (25)verlammend (21)verlamming (22)verlangden (19)verlangend (19)verlangens (19)verlatener (18)verlatenst (19)verleenden (17)verleerden (18)verlegener (19)verlegenst (20)verleggend (21)verlegging (22)verleidden (18)verleidend (18)verleiders (19)verleiding (19)verlekkerd (22)verlekkert (22)verlelijkt (24)verlenende (17)verlengden (19)verlenging (20)verlengsel (21)verletsels (21)verleuterd (22)verleutert (22)verlichten (24)verlichter (25)verlichtst (26)verlichtte (25)verliefden (20)verliefder (21)verliefdst (22)verliesdag (20)verliezers (21)verloftijd (24)verlokkers (22)verlokking (22)verlokster (21)verloochen (23)verloodden (18)verloofden (20)verlootten (18)verlopende (19)verlorenen (17)verlossend (19)verlossers (20)verlossing (20)verlostang (20)verluchten (27)verluchtig (29)verluchtte (28)verluidden (21)verluierde (21)verluieren (20)verlummeld (26)verlustigd (24)verlustigt (24)vermaakten (19)vermaalden (19)vermaanden (17)vermaarder (19)vermaardst (20)vermagerde (20)vermageren (19)vermaledij (22)vermanende (17)vermangeld (21)vermangelt (21)vermeenden (17)vermeerder (19)vermeester (19)vermeldden (20)vermelding (21)vermemelde (21)vermemelen (20)vermengden (19)vermenging (20)vermeteler (20)vermetelst (21)vermicelli (24)vermijding (22)vermiljoen (21)verminderd (19)vermindert (19)verminking (20)verminkten (19)vermochten (24)vermoedden (18)vermoedend (18)vermoedens (18)vermoeiden (17)vermoeider (18)vermoeidst (19)vermoeiend (17)vermoeiing (18)vermoffeld (25)vermoffelt (25)vermogende (19)vermolmden (21)vermolming (22)vermomming (22)vermooiden (17)vermoordde (19)vermoorden (18)vermorsing (20)vermorsten (19)vermorzeld (23)vermorzelt (23)vermouting (22)vermoutten (21)vermurwden (25)vermurwing (26)vernaaiden (15)vernachten (22)vernachtte (23)vernagelde (19)vernagelen (18)vernauwden (22)vernauwing (23)vernederde (17)vernederen (16)vernepener (17)vernepenst (18)vernesteld (19)vernestelt (19)verneukten (20)verneuteld (21)vernevelde (20)vernevelen (19)vernielden (17)vernielend (17)vernieling (18)vernietigd (18)vernietigt (18)vernieuwde (22)vernieuwen (21)vernieuwer (22)vernikkeld (21)vernikkelt (21)vernislaag (19)vernissage (18)vernoemden (17)vernoeming (18)vernuftige (23)vernummerd (23)verongeluk (23)verontrust (21)veroordeel (18)veroorloof (20)veroorzaak (20)verorberde (19)verorberen (18)verordende (17)verordenen (16)verouderde (20)verouderen (19)veroveraar (19)veroverden (19)verovering (20)verpachten (24)verpachter (25)verpachtte (25)verpakking (22)verpandden (18)verpanding (19)verpatsten (19)verpauperd (23)verpaupert (23)verpekelde (21)verpekelen (20)verpesting (20)verpestten (19)verpieterd (19)verpietert (19)verplaatst (21)verplanten (19)verplantte (20)verpleegde (21)verplegend (21)verplegers (22)verpleging (22)verpletten (20)verpletter (21)verplichte (26)verplooide (19)verplooien (18)verponding (19)verpoosden (18)verpootten (18)verpopping (22)verpotting (20)verpraatte (19)verprutsen (22)verprutste (23)verpulverd (26)verpulvert (26)verraadden (17)verraderij (20)verrafelde (21)verrafelen (20)verramsjen (21)verramsjte (22)verrassend (18)verrassing (19)verrechtst (25)verregaand (18)verregende (18)verregenen (17)verreikend (18)verreikten (18)verreisden (17)verrekende (18)verrekenen (17)verrekking (21)verreltjes (22)verrichten (23)verrichtte (24)verrijking (22)verrijkten (21)verrimpeld (22)verrimpelt (22)verroerden (17)verroesten (17)verroestte (18)verrolbaar (20)verrolbare (20)verronseld (19)verronselt (19)verrookten (18)verroomsen (18)verroomste (19)verrotting (19)verruilden (21)verruiling (22)verruimden (21)verruiming (22)verrukking (24)versaagden (18)verschaald (25)verschaalt (25)verschafte (26)verschalen (24)verschalkt (27)verschanst (24)verscheeld (25)verscheelt (25)verscheept (25)verscheidt (24)verschelen (24)verschenen (22)verschenkt (25)verschepen (24)verscheper (25)verscherfd (27)verscherft (27)verscherpt (26)verscheurd (27)verscheurt (27)verschijnt (26)verschikte (25)verschilde (25)verscholen (24)verschonen (22)verschoond (23)verschoont (23)verschopte (25)verschoten (23)verschoven (25)verschraal (25)verschrank (25)verschreef (26)verschrijf (29)verschrikt (26)verschroei (23)verschrote (24)verschudde (27)verschuift (29)verschuild (28)verschuilt (28)versierden (17)versierder (18)versiering (18)versiersel (19)versifieer (19)versimpeld (22)versimpelt (22)versjachel (27)versjacher (26)versjofeld (24)versjouwde (26)versjouwen (25)versjteren (20)verslaafde (21)verslagjes (23)verslappen (21)verslapten (20)verslavend (21)verslaving (22)verslechte (25)versleepte (20)verslensen (18)verslenste (19)versleurde (22)versleuren (21)verslibben (21)verslibden (20)versliepen (19)verslijken (22)verslijkte (23)verslijmde (23)verslijmen (22)verslijten (21)verslikken (21)verslikten (20)verslinden (18)verslinger (20)verslodder (20)versloegen (19)versloffen (23)versloften (21)verslonden (18)verslonsde (19)verslonzen (20)versluierd (22)versluiert (22)versluisde (22)versluizen (23)versmaadde (19)versmachte (25)versmading (20)versmalden (20)versmallen (21)versmeedde (19)versmelten (20)versmijten (21)versmolten (20)versmoorde (19)versmoring (20)versnelden (18)versnellen (19)versneller (20)versnijden (19)versnipper (20)versnoepen (17)versnoepte (18)versoberde (19)versoberen (18)versoepeld (20)versoepelt (20)versomberd (21)versombert (21)verspanden (18)verspannen (17)verspeelde (20)verspeende (18)verspeldde (21)verspelden (20)versperden (19)versperren (19)verspiedde (19)verspieden (18)verspieder (19)verspilden (20)verspillen (21)verspiller (22)verspinnen (17)versponnen (17)verspraken (20)verspreekt (21)verspreide (19)verspreidt (20)verspreken (20)verspringt (21)versproken (20)versregels (21)verssneden (17)verstaalde (19)verstadste (19)verstalden (19)verstaling (20)verstallen (20)verstanden (17)verstandig (19)verstarden (18)verstarren (18)versteedst (19)versteende (17)verstekbak (22)verstekken (20)verstelden (19)verstellen (20)versteller (21)verstempel (22)verstening (18)versterken (19)versterker (20)versterkte (20)versterven (20)verstevigd (22)verstevigt (22)verstieten (17)verstijfde (23)verstijven (22)verstikken (20)verstikten (19)verstilden (19)verstillen (20)verstoelde (19)verstoelen (18)verstokken (20)verstokten (19)verstokter (20)verstoktst (21)verstomden (19)verstommen (20)verstompen (20)verstompte (21)verstonden (17)verstookte (19)verstoorde (18)verstootte (18)verstoppen (20)verstopten (19)verstorend (18)verstoring (19)verstorven (20)verstoting (19)verstouten (20)verstoutte (21)verstouwde (24)verstouwen (23)verstrafte (21)verstrakte (20)verstraler (20)verstramde (20)verstreken (19)verstrekte (20)verstrijkt (23)verstrikte (20)verstrooid (18)verstrooit (18)verstuiken (21)verstuikte (22)verstuiven (22)verstuiver (23)versturing (22)verstuurde (24)verstuwden (24)versuffing (26)versuftere (23)versuftste (24)versuikerd (22)versuikert (22)versukkeld (25)versukkelt (25)versvoeten (19)vertaalden (18)vertakelde (20)vertakelen (19)vertakking (21)vertanding (18)vertapping (21)vertebraal (20)vertebraat (19)vertebrale (20)vertederde (18)vertederen (17)verteerden (17)vertekende (18)vertekenen (17)vertellend (20)vertellers (21)vertelling (21)vertelsels (21)vertelster (20)verterende (17)verteutten (20)verticalen (21)verticaler (22)vertiendde (17)vertienden (16)vertimmerd (21)vertimmert (21)vertinsels (19)vertoefden (19)vertolkers (21)vertolking (21)vertolkten (20)vertonning (17)vertoondag (18)vertoonden (16)vertoornde (17)vertoornen (16)vertraagde (19)vertragend (19)vertraging (20)vertrappel (22)vertrappen (20)vertrapten (19)vertreding (19)vertrekhal (23)vertrekken (20)vertrekuur (25)vertroebel (20)vertroetel (19)vertrokken (20)vertrooste (18)vertrouwde (24)vertrouwds (25)vertrouwen (23)vertwijfel (27)vervaagden (20)vervaarden (19)vervaarder (20)vervaardig (21)vervaardst (21)vervagende (20)vervaldata (21)vervallend (22)vervalsers (22)vervalsing (22)vervalsten (21)vervaltijd (24)vervangend (20)vervangers (21)vervanging (21)verveelden (20)verveenden (18)vervelende (20)vervelling (23)verveloost (21)vervelozer (23)ververijen (21)verversing (21)verversten (20)vervetting (21)vervilting (22)verviltten (21)vervlaamst (23)vervlakken (23)vervlakten (22)vervliegen (21)vervlieten (20)vervloeide (20)vervloeien (19)vervloeken (21)vervloekte (22)vervoederd (20)vervoedert (20)vervoegden (20)vervoeging (21)vervoerden (19)vervoerder (20)vervoering (20)vervolgdag (24)vervolgden (22)vervolgens (22)vervolgers (23)vervolging (23)vervolmaak (23)vervorderd (21)vervordert (21)vervormden (21)vervorming (22)vervrachte (26)vervreemde (21)vervreemdt (22)vervriezen (21)vervroegde (21)vervroegen (20)vervrolijk (25)vervuiling (24)vervulbaar (25)vervulling (26)vervuurden (25)verwaaiden (19)verwaaider (20)verwaaidst (21)verwaander (20)verwaandst (21)verwaardig (22)verwachten (26)verwachter (27)verwachtte (27)verwardere (21)verwardste (22)verwarmden (22)verwarming (23)verwarrend (21)verwarring (22)verwasemde (22)verwasemen (21)verwatener (20)verwatenst (21)verwaterde (21)verwateren (20)verweefden (22)verweekten (21)verweerden (20)verweerder (21)verweesden (20)verweidden (20)verweiding (21)verwekkers (24)verwekking (24)verwekster (23)verwelfden (24)verwelfsel (26)verwelking (24)verwelkomd (25)verwelkomt (25)verwelkten (23)verwendere (20)verwendste (21)verwensing (21)verwensten (20)verwerkend (22)verwerkers (23)verwerking (23)verwerkten (22)verwerping (23)verwerving (24)verwesterd (22)verwierpen (21)verwierven (22)verwijdden (23)verwijderd (24)verwijdert (24)verwijding (24)verwijfden (25)verwijfder (26)verwijfdst (27)verwijlden (24)verwijtend (23)verwijting (24)verwijzend (25)verwijzing (26)verwikkeld (25)verwikkelt (25)verwilderd (23)verwildert (23)verwinterd (21)verwintert (21)verwisseld (23)verwisselt (23)verwittigd (23)verwittigt (23)verwoedere (20)verwoedste (21)verwoesten (20)verwoestte (21)verwondden (20)verwonderd (21)verwondert (21)verwonding (21)verwoonden (19)verwoordde (21)verwoorden (20)verwording (22)verworpene (21)verworvene (22)verwrikken (23)verwrikten (22)verwringen (21)verwrongen (21)verwulfsel (29)verwurgden (25)verwurging (26)verzaadden (19)verzaagden (20)verzaakten (20)verzachten (25)verzachtte (26)verzadigde (21)verzadigen (20)verzakking (23)verzamelde (22)verzamelen (21)verzandden (19)verzanding (20)verzeepten (20)verzegelde (22)verzegelen (21)verzeilden (20)verzekerde (21)verzekeren (20)verzenders (20)verzending (20)verzengden (20)verzengend (20)verzenging (21)verzetsman (21)verzettend (20)verzetting (21)verziedden (19)verziekten (20)verzilting (22)verzilverd (24)verzilvert (24)verzinking (21)verzinkkop (23)verzinsels (21)verzochten (25)verzoekers (21)verzoeking (21)verzoendag (20)verzoenden (18)verzoenend (18)verzoeners (19)verzoening (19)verzoeting (20)verzoetten (19)verzoolden (20)verzopener (20)verzopenst (21)verzorgden (21)verzorgend (21)verzorgers (22)verzorging (22)verzotheid (22)verzoutten (22)verzuchten (28)verzuchtte (29)verzuiling (24)verzuimdag (25)verzuimden (23)verzuiming (24)verzuimpje (27)verzusterd (24)verzustert (24)verzuurden (25)verzwaarde (23)verzwagerd (25)verzwagert (25)verzwakken (25)verzwakten (24)verzwarend (23)verzwaring (24)verzweerde (23)verzwelgen (25)verzwendel (24)verzwering (24)verzwierde (23)verzwieren (22)verzwijgen (26)verzwijnde (25)verzwijnen (24)verzwikken (25)verzwikten (24)verzwinden (22)verzwolgen (25)verzwonden (22)vesperklok (23)vespertijd (22)vestiaires (17)vestibules (23)vestigende (18)vestinkjes (21)vestzakken (22)vetachtige (24)vetergaten (18)veterinair (16)vetgedrukt (24)vetgehalte (22)vetgemeste (20)vetkaarsen (18)vetklompen (22)vetlaarzen (20)vetmesting (20)vetmestten (19)vetomlijnd (22)vetplanten (19)vetschrift (27)vetsmering (20)vettigheid (21)vetvlekken (23)vetvorming (22)vetweefsel (24)vetweiders (21)veulentjes (23)vezelgewas (25)vezeligere (21)vezeligste (22)vezelplaat (23)vezelplant (23)vibratoren (18)vibreerden (18)vibrerende (18)vicariaten (19)vicarissen (20)victorieus (23)victualiën (23)videofilms (22)videoplaat (19)videotheek (20)vierarmige (19)vierbenige (18)vierbladig (21)vierdaagse (18)vierdelige (19)vierderlei (18)vierdraads (18)vierduimer (21)vierendeel (17)vierhandig (20)vierhoeken (19)vierhoekig (21)vierjarige (20)vierkanten (17)vierkantig (19)vierkantje (20)vierkantte (18)vierledige (19)vierlingen (18)vierlopers (20)viermaster (19)vierschaar (23)viersprong (20)viertalige (19)viertallen (19)viertallig (21)viervoeten (18)viervoeter (19)viervoetig (20)viervouden (21)viervoudig (23)vierweekse (21)vierwielig (22)vierzijdig (23)viesneuzen (20)viewmaster (22)viezeriken (19)viezevazen (22)viezigheid (22)vigilantes (19)vigileerde (19)vigiliedag (20)vijandiger (20)vijandigst (21)vijfdaagse (23)vijfdelige (24)vijfhoeken (24)vijfhoekig (26)vijfjarige (25)vijfkantig (24)vijfledige (24)vijftallen (24)vijftallig (26)vijftiende (21)vijftigers (24)vijftigste (24)vijftigtal (25)vijfvouden (26)vijfvoudig (28)vijgenblad (23)vijgenboom (22)vijgenmand (21)vijgenpeer (21)vijvertjes (25)vijzeltjes (26)vikingboot (20)vilderijen (20)vilderskar (21)villaatjes (22)villanelle (21)viltachtig (26)vilthoeden (20)viltpapier (21)vindicatie (19)vindiceert (20)vindiceren (19)vindplaats (20)vingerglas (21)vingerhoed (20)vingerling (20)vingerring (19)vingertjes (21)vingervlug (26)vinkenbaan (17)vinkenkooi (17)vinkennest (17)vinkenslag (20)vinkentijd (20)vinkentouw (23)vinnervige (19)vinnigheid (19)violentere (17)violentste (18)violiertje (20)violoncels (22)vioolsnaar (17)viriliteit (18)virulenter (21)virulentie (20)virulentst (22)visachtige (24)visarenden (16)viscouvert (26)visduivels (24)viseerders (18)visgronden (18)vishaakjes (23)visionaire (15)visionairs (16)visitaties (17)visiteerde (17)visiteuren (19)visiteuses (20)vismarkten (20)visrijkere (21)visrijkste (22)visschotel (25)visseizoen (18)visserijen (19)vissershut (24)vissertjes (21)vissloepen (19)vissnoeren (16)visventers (20)visvijvers (25)visvrouwen (25)viswateren (20)viswinkels (23)vitachtige (24)vitalisten (18)vitaliteit (18)vitamineer (17)vitteriger (19)vitterigst (20)vitterijen (19)vivaciteit (22)vivisectie (22)vizierhelm (24)vizierklep (23)vizierlijn (22)vladdertje (22)vlaggetjes (24)vlagtwedde (24)vlakhamers (24)vlakkerige (22)vlakkigere (22)vlakkigste (23)vlaktemaat (21)vlammenzee (22)vlammerige (22)vlammetjes (24)vlammigere (22)vlammigste (23)vlampijpen (24)vlamvatten (22)vlamvormig (25)vlasachtig (26)vlasakkers (22)vlasblonde (21)vlasboeren (19)vlasbraker (22)vlasdotten (19)vlasdraden (19)vlashandel (22)vlashekels (24)vlaskoppen (22)vlaslanden (19)vlaslinnen (18)vlasroting (20)vlassigere (20)vlassigste (21)vlasstreek (21)vlasvinken (21)vlaswieken (22)vlechtbeen (25)vlechtriet (25)vlechtsels (27)vlechtwerk (30)vleesbomen (20)vleesdagen (19)vleesetend (18)vleeseters (19)vleeshaken (21)vleeskleur (24)vleesklomp (24)vleesmolen (20)vleesvlieg (23)vleeswaren (21)vleeswonde (21)vleesworst (23)vlegeltjes (24)vleiendere (17)vleiendste (18)vleierijen (19)vleiertjes (21)vlekkeloos (22)vlekkeloze (24)vlekkerige (22)vlekkigere (22)vlekkigste (23)vlekziekte (23)vlerkprauw (28)vleselijke (23)vletschuit (28)vleugellam (26)vleugelman (24)vleugeltje (26)vliegangst (21)vliegbanen (19)vliegbases (21)vliegbasis (21)vliegboten (20)vliegenier (18)vliegenkop (21)vliegennet (18)vliegertje (22)vliegezwam (26)vliegfeest (22)vlieggaten (20)vlieghaven (23)vliegkunst (24)vliegroute (22)vliegsport (22)vliegsters (21)vliegtocht (26)vliegwezen (24)vlierbomen (20)vlieringen (18)vlierinkje (21)vliesdunne (20)vliespinda (19)vliezigere (21)vliezigste (22)vlijmender (22)vlijmendst (23)vlijtigere (22)vlijtigste (23)vlindernet (18)vlindertje (21)vlissingen (19)vloedanker (19)vloedhaven (22)vloedstand (19)vloedwater (22)vloeiender (17)vloeiendst (18)vloeiingen (17)vloeilijst (22)vloeiplank (21)vloeiweide (20)vloekbeest (21)vloekwoord (23)vloerdikte (20)vloerdweil (23)vloerkleed (21)vloerplaat (21)vloerplank (22)vloersteen (18)vloertegel (21)vlokachtig (27)vlokkigere (22)vlokkigste (23)vlondertje (21)vlooienpik (19)vlootbasis (20)vlootrevue (23)vlootvoogd (22)vlotbalken (22)vlotgaande (19)vluchtberm (31)vluchtiger (29)vluchtigst (30)vluchtluik (33)vluggertje (27)vocaliseer (21)vocalisten (21)vocatieven (21)vochtblaas (26)vochtigere (24)vochtigste (25)vochtmeter (25)vochtvrije (28)vochtweger (28)voddenbaal (19)voddenboer (18)voddengoed (18)voddenmand (18)vodderijen (19)voederbeet (18)voederbiet (18)voedsterde (18)voedsteren (17)voedzaamst (21)voegijzers (23)voegmortel (21)voegpasser (20)voegzaamst (22)voelbaarst (20)voeldraden (18)voelhoorns (20)voelhorens (20)voelspriet (20)voerbakken (20)voerendaal (17)voerinkjes (20)voerlieden (17)voertuigen (20)voerwielen (20)voetangels (19)voetbalden (19)voetballen (20)voetballer (21)voetbanken (18)voetboeien (16)voeteerden (16)voetenbank (18)voeteneind (15)voeteuvels (23)voetganger (19)voetijzers (22)voetknecht (24)voetkussen (21)voetmatten (18)voetplaten (19)voetpompen (20)voetpunten (20)voetregels (20)voetreizen (18)voetremmen (19)voetsporen (18)voetstoots (18)voetvallen (21)voetwissen (20)voetzakken (21)voetzoeker (20)vogeljacht (28)vogelkunde (23)vogelmarkt (23)vogelroers (20)vogelstand (20)vogelvrije (24)volbloeden (20)volbloedig (22)volbouwden (25)volbrachte (26)volbrassen (20)volbrasten (20)volbrengen (20)voldingend (19)voldoenden (17)voldoendes (18)voldoening (18)voleindden (17)voleindigd (19)voleindigt (19)voleinding (18)volgauto's (21)volgeboekt (22)volgebrast (22)volgegooid (20)volgegoten (20)volgeladen (20)volgelinge (21)volgelopen (21)volgemaakt (22)volgepakte (22)volgeplakt (24)volgeprikt (23)volgepropt (23)volgeraakt (21)volgertjes (23)volgestopt (22)volgestort (21)volgnummer (25)volgplaten (22)volgroeide (19)volgwagens (24)volgzaamst (24)volhardden (21)volharding (22)volhoudend (23)volijverig (24)volkenbond (20)volkomener (20)volkomenst (21)volkrijker (24)volkrijkst (25)volksbesef (24)volksbuurt (28)volksdanst (21)volksdelen (21)volksdrank (22)volksfeest (23)volksfront (23)volksgeest (22)volksgroep (23)volksgunst (25)volkskrant (22)volkskunde (24)volkskunst (25)volksleger (23)volksleven (23)volksmagie (22)volksmassa (22)volksnamen (20)volksrecht (27)volksroman (21)volksvrouw (29)volkswoede (23)volkszaken (23)vollediger (21)vollerijen (21)volmaakten (20)volmaakter (21)volmaaktst (22)volmachine (24)volmachten (25)volmachtig (27)volmondige (20)volontaire (17)volontairs (18)volplakken (23)volproppen (22)volpropten (21)volraakten (19)volschenkt (26)volstandig (20)volstoppen (21)volstorten (19)volstortte (20)volstouwde (25)volstouwen (24)volstrekte (21)voltallige (22)voltameter (20)voltampère (20)voltekende (19)voltigeert (20)voltigeren (19)voltmeters (21)voltooiden (17)voltooiing (18)voltreffer (24)voltrekken (21)voltrekker (22)voltrokken (21)volumedeel (23)volumeknop (24)volumineus (24)voluptueus (28)volvoerden (20)volwaardig (23)volwassene (21)volwichtig (29)volzaliger (23)volzaligst (24)vomitieven (19)vondelinge (18)vondeltjes (21)vondertjes (20)voogdessen (18)voorafgaan (19)voorafgaat (20)voorafging (21)vooralsnog (19)voorarbeid (18)voorarrest (18)voorbalkon (20)voorbanden (17)voorbarige (19)voorbeding (19)voorbedong (19)voorbehoud (23)voorbereid (18)voorbestem (20)voorbidden (18)voorbidder (19)voorbiecht (24)voorbijkom (23)voorbijzag (24)voorbijzie (22)voorbinden (17)voorbleven (21)voorblijft (25)voorbumper (24)voorcijfer (25)voordansen (16)voordanser (17)voordanste (17)voordelige (19)voordeuren (19)voordewind (20)voordiende (16)voordienen (15)voordraagt (19)voordracht (24)voordragen (18)voordrager (19)voordringt (19)voorgaande (17)voorganger (19)voorgedaan (17)voorgedane (17)voorgegaan (18)voorgegane (18)voorgelegd (21)voorgeleid (19)voorgemeld (21)voorgeteld (20)voorgevels (22)voorgeving (21)voorgevoel (21)voorgewend (21)voorgezegd (22)voorgiften (20)voorgingen (18)voorgooide (17)voorhadden (19)voorhallen (21)voorhamers (21)voorhanden (18)voorhangen (19)voorhavens (21)voorhebben (21)voorhingen (19)voorhoeden (18)voorhoedes (19)voorhoeven (20)voorhouden (21)voorhuiden (21)voorhuizen (23)vooringang (18)voorkamers (20)voorkanten (17)voorkauwde (24)voorkauwen (23)voorkennis (17)voorkeuren (20)voorkomend (19)voorkomene (18)voorkomens (19)voorkoming (20)voorkwamen (22)voorlaatst (19)voorladers (19)voorlanden (17)voorlastig (20)voorlegden (19)voorleggen (20)voorleidde (18)voorleiden (17)voorletter (19)voorlezend (20)voorlezers (21)voorlezing (21)voorliefde (20)voorliegen (18)voorliepen (18)voorliggen (20)voorligger (21)voorlijker (22)voorlijkst (23)voorlijven (22)voorlopers (20)voorlopige (20)voorluiken (21)voormalige (20)voormannen (16)voormasten (18)voormeting (19)voormiddag (20)voornaamst (18)voornemens (17)voornoemde (17)voornoenen (14)vooroevers (19)vooronders (17)vooropgaan (18)vooropstel (20)voorouders (20)voorpagina (18)voorpanden (17)voorplaats (20)voorplecht (26)voorposten (18)voorpraten (18)voorpreekt (20)voorproeft (21)voorraadje (19)voorradige (18)voorrekent (18)voorrijden (19)voorrijder (20)voorrondes (17)voorruiten (19)voorschans (23)voorschiet (23)voorschijn (25)voorschoen (22)voorschoot (23)voorshands (20)voorslagen (19)voorsneden (16)voorsnijdt (20)voorspande (18)voorspeelt (20)voorspelde (20)voorspeldt (21)voorspelen (19)voorspeler (20)voorspoken (19)voorspraak (20)voorspreek (20)voorsprong (20)voorstaken (18)voorsteden (17)voorsteekt (19)voorsteken (18)voorstelde (19)voorstemde (19)voorsteven (19)voorstoten (17)voorstudie (20)voortanden (16)voortbreng (20)voortdreef (20)voortdrijf (23)voortduren (20)voortduurt (24)voortduwde (24)voortduwen (23)voortekens (18)voortekent (18)voortelden (18)voortellen (19)voortenten (16)voortgaand (18)voortgaven (20)voortgeeft (21)voortgezet (21)voorthelpt (23)voorthielp (22)voortijden (19)voortijdig (21)voortkomen (19)voortkroop (20)voortkruip (23)voortleeft (21)voortleven (20)voortloopt (20)voortlopen (19)voortmaakt (20)voortmaken (19)voortoneel (17)voortovert (20)voortplant (20)voortreden (17)voortreedt (18)voortreist (18)voortrijdt (21)voortrukte (22)voortsleep (20)voortsleur (22)voortspoed (19)voortstorm (20)voortstuwt (25)voortteelt (19)voorttelen (18)voorttrekt (20)voortuinen (18)voorturnde (20)voorturnen (19)voorturner (20)voortvaart (20)voortvaren (19)voortvloei (20)voortzegde (21)voortzette (20)voortzweep (24)vooruitkom (22)vooruitzag (23)vooruitzie (21)voorvaders (20)voorvallen (21)voorvielen (19)voorvinger (20)voorvoegde (20)voorvoegen (19)voorvoelde (20)voorvoelen (19)voorvoeten (18)voorvorken (20)voorwaarde (20)voorwaarts (21)voorwagens (21)voorwallen (22)voorwanden (19)voorwendde (20)voorwenden (19)voorwereld (22)voorwerken (21)voorwerker (22)voorwerkte (22)voorwerpen (21)voorwielen (20)voorwinter (20)voorworpen (21)voorzangen (19)voorzanger (20)voorzegden (20)voorzeggen (21)voorzegger (22)voorzeiden (18)voorzeilen (19)voorzetsel (21)voorzetten (19)voorziende (18)voorzienen (17)voorzienig (19)voorzijden (21)voorzingen (19)voorzitten (19)voorzitter (20)voorzomers (21)voorzorgen (20)voraciteit (20)vormbakken (22)vormelijke (23)vormelinge (20)vormelozer (22)vormentaal (19)vormfouten (23)vormgevend (22)vormgevers (23)vormgeving (23)vormmeters (21)vormpeters (21)vorstdagen (19)vorstelijk (23)vorstendom (19)vorstgrens (20)vorstigere (19)vorstigste (20)vorstinnen (16)vorstvrije (23)voskleurig (24)vospaarden (18)vossenbont (18)vossenhaar (19)vossenhuid (22)vossenjong (20)vossenkuil (22)votiefkerk (22)vouwbladen (25)vouwdeuren (25)vouwlijnen (25)vouwscherm (31)vouwtafels (27)voyeurisme (27)vraagallen (20)vraagbaken (20)vraagcurve (27)vraagprijs (23)vraagteken (19)vraagwoord (22)vraagzieke (21)vraagzucht (30)vraatzucht (29)vrachtauto (26)vrachtboot (25)vrachtceel (28)vrachtgeld (27)vrachtgoed (25)vrachtloon (24)vrachtvrij (29)vragenboek (20)vredebreuk (23)vredesduif (23)vredesnaam (18)vredespijp (23)vredestijd (21)vredesweek (22)vredeswerk (23)vredevuren (22)vreedzamer (21)vreemdheid (21)vreeslijke (22)vrekachtig (26)vrekkigere (21)vrekkigste (22)vreselijke (22)vreselijks (23)vreterijen (19)vreugdedag (23)vreugdevol (25)vreugdiger (23)vreugdigst (24)vrieskamer (20)vrieskoude (21)vriesweder (21)vrijbiljet (25)vrijbuiten (23)vrijbuiter (24)vrijbuitte (24)vrijdenker (21)vrijdommen (22)vrijerijen (21)vrijertjes (23)vrijgeloot (22)vrijgelote (22)vrijgevige (24)vrijhandel (23)vrijhavens (24)vrijhouden (24)vrijkomend (22)vrijkoping (23)vrijkwamen (25)vrijlating (22)vrijliepen (21)vrijlootte (21)vrijmaakte (22)vrijmaking (23)vrijmoedig (22)vrijplaats (23)vrijpostig (23)vrijspraak (23)vrijspreek (23)vrijstaand (20)vrijstaten (20)vrijsteden (20)vrijstelde (22)vrijvallen (24)vrijvielen (22)vrijwaarde (23)vrijwaring (24)vrijwielde (24)vrijwielen (23)vrijwieler (24)vrijwillig (27)vrijzinnig (22)vroedkunde (21)vroedschap (25)vroedvrouw (26)vroegbeurt (23)vroegeling (20)vroegertje (21)vroegjoods (21)vroegpreek (21)vroegrijpe (22)vrolijkere (22)vrolijkste (23)vrolijkten (22)vromigheid (22)vroonheren (18)vroonhoven (20)vrouwelijk (28)vrouwendag (24)vrouwengek (25)vrouwenrok (24)vrouwenrol (24)vrouwzieke (26)vruchtbaar (28)vruchtbare (28)vruchtboom (29)vruchtknop (29)vuilaardig (22)vuilbakken (24)vuilbekken (24)vuilbekten (23)vuilemmers (24)vuiligheid (24)vuilkarren (22)vuilmaakte (23)vuilnisbak (23)vuilniskar (22)vuilnisman (21)vuilniszak (24)vuilpoesen (21)vuilpoezen (23)vuiltongen (21)vuistdikke (23)vuistrecht (27)vuistregel (23)vulgairder (23)vulgarisme (24)vulhaarden (23)vulkachels (30)vulkanisch (28)vulkanisme (23)vulleiding (23)vulpeninkt (23)vulpotlood (24)vulstemmen (24)vulstoffen (26)vulstukken (27)vulwoorden (24)vunzigheid (25)vuurbakens (25)vuurbergen (25)vuurbollen (26)vuurkasten (24)vuurkogels (27)vuurkolken (26)vuurkracht (31)vuurlijnen (25)vuurlinies (23)vuurmakers (26)vuurmolens (25)vuurmonden (23)vuurpannen (22)vuurpijlen (27)vuurplaats (26)vuurplaten (25)vuurpotten (24)vuurregens (24)vuurroodst (24)vuurscherm (31)vuurslagen (25)vuursprank (26)vuurstalen (24)vuurstenen (22)vuurstraal (25)vuurtesten (23)vuurtorens (23)vuurvreter (26)vuurwapens (27)vuurwerker (28)vuurzuilen (28)